Lunense Campe

Geschiedenis

In de Lunense Campe lagen drie eendenkooien. Op de tekening uit 1739 (BHIC 343-000668) zijn ze alle drie ingetekend. In de loop van de 19e eeuw zijn ze allemaal verdwenen, de Luner kooi heeft het het langst volgehouden.

Luner Kooi
De eerste registratie is van 1814 en loopt door tot 1865. Daarna is er geen registratie meer bekend. De kooi blijft echter wel op topografische kaarten staan. Pas op de kaart van 1955 is de kooi verdwenen. 

Sectie A, 2e blad, 291,292, Lunense Campe
M. Bernardus Hartogenens, ’s Bosch, hakhout en kooiplas

1814, 1824
J. van den Dongen, Empel, thans B. Hertogennis, 200 rr, onder Rosmalen
1829, 1834
Hertogennis, ’s Bosch
1852 - 1865
B. Hertogenis, laatste registratie staat op naam van Theod. van Thiel te Maren, kooiman

Sopers Kooi A
Sectie A, 2e blad, 308/309, Lunense Campe
Theodorus Sopers, ’s Bosch. Hakhout, kooiplas
434 - Mr. Petrus Martinus Sopers, 1824, kooiplas doorgestreept, hooiland

1814, 1819, 1824, 1829, 1834
Theodorus Sopers, 's Bosch

Sopers Kooi B
Sectie A, 2e blad, 314/315, Lunense Campe
Theodorus Sopers, ’s Bosch, hakhout, kooiplas

1814, 1819, 1824, 1829, 1834
Theod. Sopers