In de 14e eeuw, bij de ontwikkeling van eendenkooi, was al duidelijk dat het zorgen voor goede broedplaatsen voor wilde eenden onontbeerlijk was voor het goede functioneren van de kooi. Niet alleen voor het op peil houden van de makkestal, maar ook ten bate van de wildstand van de wilde eend. Naast de nestmogelijkheden in het kooibos, was het plaatsen van broedkorven op de kooiplas een bekend gegeven. Broedkorven gemaakt van wilgentenen of blad en hooi, materiaal dat op of bij de kooi voor handen was. Op de winterdag werden de korven door de kooiker gevlochten en voor de aanvang van het broedseizoen op de plas geplaatst. Nadat de eieren waren uitgebroed werden een aantal koppels van moeder met kuikens in het makhok geplaatst om te wennen aan kooiker en de eventueel aanwezige kooikerhond.
De stand van de wilde eenden is al jaren sterk terug gelopen, sinds de jaren negentig is reeds 30% verdwenen blijk uit onderzoek van Sovon/Erik Kleiheeg en is dus alarmerend te noemen. Het lijkt erop dat de overlevings kansen van de kuikens door verschillende oorzaken hier aan debet is.
De kooikersvereniging heeft een initiatief genomen om een bijdrage te leveren om de eendenstand uit te breiden. Het is de bedoeling om het aantal broedkorven op de kooien substantieel uit te breiden. De kooien kunnen via de vereniging broedkorven bestellen voor een lagere prijs dan normaal en de vereniging organiseert tevens een cursus broedkorven vlechten, zodat de kooikers dit ambacht weer onder de knie kunnen krijgen.
Dit voorjaar worden de eerste extra 250 exemplaren geplaatst op diverse eendenkooien door het gehele land. De actie duurt vijf jaar.
____________________________________________
Het historisch onderzoek naar eendenkooien in de Oostelijke Alblasserwaard, heeft nog eens 117 eendenkooien opgeleverd, wat het aantal kooien in Zuid-Holland op minimaal 432 brengt. Het onderzoek in Zuid-Holland is nog niet afgerond. Tijdens het onderzoek, met name in de Oud Rechtelijke Archieven van de o.a. Gorinchem en Leerdam, kwamen in die van Hoornaar speciale zaken te voorschijn.
Hoornaar, een dorp in de oostelijke Alblasserwaard, was een klein dorp, dat hoofdzakelijk bestond uit Hofsteden (boerderijen) gelegen aan de paar polderdijken die de plaats rijk was. Het dorpje zelf, werd gebouwd rond de kerk op een aantal donken. Donken zijn stuifduinen die tijdens de laatste ijstijd zijn ontstaan, ze bestaan uit stuifzand en steken boven de omringende veen- en/of kleilagen uit. Op bijgaande illustratie is dit duidelijk te zien, de donken zijn rood/bruin en de omgeving groen en blauw (veen en klei). De donkerblauwe vlek bij de witte pijl is het restant van de eendenkooi van Peter Willemsz van der Ghiessen, direct achter de kerk van Hoornaar.
In 1550 vaardigde Karel V een Plakkaat uit voor Holland, waarbij geregeld werd dat voor het bouwen van een nieuwe kooi een octrooi moest worden aangevraagd, dit om de wildgroei aan kooien aan banden te leggen. Hoewel in het Plakkaat geen sprake is van deze regel voor de reeds bestaande kooien, heeft waarschijnlijk een overijverige schout van Hoornaar gedacht dat dit ook voor de bestaande kooien van toepassing was. In ieder geval heeft hij een lijst opgemaakt van een aanzienlijk aantal kooien die op dat moment in Hoornaar actief waren. Deze lijst omvat 13 kooien op Hoornaar en 1 op Hoog-Blokland (eigenaar uit Hoornaar). De lijst is opgemaakt in december 1551 en omvat slecht 3 folie nummers.
Buiten deze lijst zijn er nog een aantal kooien op Hoornaar bekend uit dezelfde periode (1551-1575). In de vele uitgeplozen ORA’s is zo’n lijst echter niet eerder voorgekomen.
RAG staat voor Regionaal Archief Gorcum.
De volledige lijst:
28-11-1551:
Lenardt Henricxsz op Hoornaar verklaart dat hij een vogelkooi heeft in 7 mg, hem toebehorend, waar- naast hij 4,5 mg heeft liggen, welke kooi daar 23 of 24 jaar gelegen heeft (RAG, ra 128, fol. 429).
1-12-1551:
Hubert Geritsz van Hoornaar verklaart dat hij een vogelkooi op Hoornaar heeft liggen in 11,5 mg, toebehorend de erfgenamen van Gerit Jansz, aan het eind waarvan de erfgenamen nog 4,5 mg hebben liggen, en dat deze kooi daar al 23 of 24 jaar gestaan heeft (RAG, ra 128, fol. 429v).
1-12-1551:
Nijs Jansz, schout van Hoornaar, verklaart dat hij een vogelkooi heeft op Hoornaar in een hoeve van 11 mg 2 hond, hem toebehorend, en dat deze daar 10 jaar staat (RAG, ra 128, fol. 429v).
1-12-1551:
Jan Aerdt Sambersz van Hoornaar verklaart dat hij een vogelkooi heeft op Hoornaar waarin hij al 15 of 16 jaar geen vogels meer heeft gevangen en die er al 25 jaar staat (RAG, ra 128, fol. 429v).
2-12-1551:
Peter Bertsz, woont aan de Lage Giessen, verklaart dat hij een vogelkooi heeft aan de Lage Giessen in 5,5 hond, hem toebehorend, die daar omtrent 21 jaar ligt (RAG, ra 128, fol. 429v).
4-12-1551:
Peter Willemsz van der Ghiessen verklaart dat hij in Hoornaar achter de kerk een oude, vervallen vogel- kooi heeft waarin hij in 10 jaar geen vogels meer heeft gevangen, staand in 2 mg met daarnaast nog 40 mg, hem en zijn kinderen toebehorend, en dat de kooi er ongeveer 20 jaar staat (RAG, ra 128, fol. 430).
4-12-1551:
Jacob Jansz op Hoornaar verklaart dat hij een vogelkooi heeft op Hoornaar in een weer van 7 mg, waar- naast nog 3 mg ligt, hem c.s. toebehorend, en dat de kooi daar ongeveer 22 jaar staat, en dat er nog een oude, vervallen kooi staat waarin 8 of 9 jaar geen vogels zijn gevangen, welke kooi er al 36 jaar staat (RAG, ra 128, fol. 430).
5-12-1551:
Jan Hermansz op Hoornaar verklaart dat hij een vogelkooi heeft aan de Lage Giessen op 11,5 mg, hem toebehorend, met daarnaast 5,5 mg, en dat de kooi er tussen 12 of 13 jaar gelegen heeft (RAG, ra 128, fol. 430v).
5-12-1551:
Lijsken Henrick Huijgen wed. met haar kinderen in Hoornaar verklaart een vogelkooi te hebben liggen aan de Lage Giessen in 4 mg eigen land, sloot aan sloot, en omtrent 100 rd hieraf nog 2,5 mg eigen land en dat die daar ongeveer 18 of 19 jaar ligt (RAG, ra 128, fol. 431).
5-12-1551:
Aerdt Gheritsz van Hoornaar aan de Lage Giessen, verklaart dat hij een vogelkooi heeft aan de Lage Giessen in 10 mg 2 hond eigen land, sloot aan sloot, en dat die daar gelegen heeft tussen 17 en 18 jaar (RAG, ra 128, fol. 431).
5-12-1551:
Jan Gheritsz, woont Hoornaar aan de Oude Giessen, verklaart dat hij een vogelkooi heeft aan de Oude Giessen in 9,5 mg eigen land, sloot aan sloot, en dat deze er sedert ongeveer 12 of 13 jaar ligt (RAG, ra 128, fol. 431).
5-12-1551:
Nees Gerit Aerdtsz’ wed. met Willem Geritsz, haar zoon, aan de Lage Giessen op Hoornaar, verklaart een vogelkooi te hebben in 11 hond land en een weertje tussen beiden en daaraan nog 4 mg, alle hen beiden toebehorend en dat deze daar al sedert 36 jaar ligt (RAG, ra 128, fol. 431v).
De lijst geeft mooi aan hoe oud de kooien op dat moment zijn. Alle genoemde kooien zijn gebouwd tussen 1510 en 1550. De oudste is van Jacob Jansz, die twee kooien heeft en waarvan de oudste reeds functioneerde in 1515. In de tweede helft van de 17e eeuw zijn ze allemaal verdwenen.
In de eerste week van februari 2021 is verschenen het standaardwerk 'Eendenkooien in Fryslân, 1450-2015' geschreven door Gerard Mast.
Hij heeft over een periode van bijna 50 jaar alles verzameld wat maar enigzins iets vertelde over het verschijnsel eendenkooien en heeft dit neergelegd in twee prachtige boeken. Een nagenoeg compleet overzicht van alle plekken waar in Friesland het vangen van eenden werd uitgevoerd. Meestal in eendenkooien, maar soms ook met een enkel vangpijpje. De fraai uitgevoerde boeken staan samen in een foedraal (cassette). Het is een uitgave van de Eendenkooi Stichting en uitgeverij Noordboek. ISBN 978 90 5615 6626.
_____________________
Voor het eerst is in Nederland een archeologisch onderzoek gedaan naar een verdwenen eendenkooi. Gerben Beeuwkes, archeoloog van de stad Utrecht, startte in het najaar van 2021 met een vooronderzoek naar de eendenkooi bij/in Oudenrijn. In het huidige Strijkviertel lag in de 17e en 18e eeuw een eendenkooi, lang geleden al verdwenen. Een verslag over deze opgraving is te vinden op deze site bij Provincie Utrecht, zuidwest, Oudenrijn of via de link: www.eendenkooien.nl/strijkviertel-oudenrijn
Aanvullend is de samenwerking met deze Rijksdienst, waarbij het in beeld brengen van eendenkooien en kooirelicten die nog herkenbaar zijn in het landschap leidend is. Op het moment dat aan deze twee aspecten van het onderzoek is voldaan gaat het onderzoek verder de diepte in. Op dit moment staan meer dan 700 locaties van kooien en kooi-relicten op deze site beschreven. https://www.eendenkooien.nl/cultureel-erfgoed
___________________________
In deze rubriek vindt u linken naar eerder verschenen artikelen.
Essentaksterfte treft ook eendenkooien
Leidsche Hoeven, schakel tussen Mariënwaerdt en Regulieren
Aantal eendenkooien in Nederland
_________________________